Interview over het verleden van mijn grootmoeder.

Interview over grootmoeder



1.  At je vroeger drie hoofdmaaltijden per dag?


s'morgens: bijna elke ochtend spek die werd klaargemaakt op het kacheltje nadat ik nuchter naar de kerk was geweest om te bidden. Stiekem stak ik voor de communie mijn vinger in de pan om al eens te proeven.
s'middags: ging ik naar huis om een boterham met soep te gaan eten. Ik had niet zoveel tijd om te eten in de middag omdat ik direct terug naar school moest gaan. Ik was niet zo een grote eter waardoor ik ooit zelfs mijn soepkommetje mee moest nemen naar school totdat ik het eindelijk leeg had gegeten.
s'avonds: in de avond was het tijd voor een warme maaltijd. Ik had bij mijn thuis een hele grote tuin vol met savooikool en bloemkool waardoor ik als groente eigenlijk alleen maar kool at. Ik at daarbij frikandellen en vooral veel varkensvlees. Soms kreeg ik ook wel eens biefstuk en ik at heel soms vis. Meestal was dat dan kabeljauw omdat dat niet zo duur was. Tijdens de oorlog at ik altijd stoofvlees en varkensvlees omdat dat vooral de enige mogelijkheid was om klaar te maken.

    
2. Waar deed je je boodschappen?

Ik deed mijn boodschappen samen met mijn ouders in een klein winkeltje bij ons in het dorp. We konden alles in dat winkeltje kopen zoals beleg, kaas, drank, koekjes... We konden er alleen geen vlees kopen. Voor vlees namen we de tram (10 à 15 km) naar de botermarkt in Hasselt. Daar lag een slager die enorm veel en lekker vlees had. Na de oorlog was het vlees zelfs nog lekkerder. 


3. Had je een specifieke dag in de week dat je je lievelingseten at?

Elke vrijdag aten we vis. Dat vonden we helemaal niet zo lekker maar op vrijdag mocht niemand vlees eten van de kerk. Zondag had ik meestal tijd dus dan maakten we lekker eten klaar zoals kalfslapjes. Dat vond ik heel lekker. Mijn papa was altijd heel streng aan tafel, het moest absoluut stil zijn. Mijn mama liet toen een scheetje aan tafel en papa was toen heel kwaad geworden maar ik was zo hard aan het lachen dat het nu nog altijd in mijn geheugen zit.


4. Kookte je vroeger mee met je ouders? Deed je dat graag?

Met mama kookte ik mee als ze konijn, biefstuk of kip klaarmaakte. Dat kan ik nu nog steeds want dat heeft ze me goed aangeleerd. Met papa maakte ik altijd lekkere, warme wafels. Koken met mijn ouders vond ik heel leuk. Zeker omdat je dan heel de tijd kan proeven.


5. Wat nam je mee naar school als middageten?

Ik ging onder de middag naar huis om een boterham met soep te eten. Soms kreeg ik wel een droge koek mee voor tijdens de pauze op te eten. Wij hadden toen nog geen automaat met fanta, cola, bueno... De leerlingen van mijn klas die op school bleven eten die aten gezamenlijk hun boterhammen in de klas op samen met de leerkracht. wij hadden geen grote eetzaal waar alle klassen samen zaten. In de jaren van de oorlog kon je betalen voor soep tijdens de middag en die soep kon je dan eten uit zo'n gamel.


6. Zaten jongens en meisjes samen op school?

Nee, er zat een grote muur tussen. De speelplaats van de meisjes was beneden en als je dan 15 tot 20 trappen omhoog ging dan kwam je aan de speelplaats van de jongens. De jongens konden via hun speelplaats wel naar de meisjesspeelplaats kijken. Mijn papa was ook de directeur van de jongensschool.


7. Wat was je lievelingsvak?

Ik deed heel graag talen. Van mijn eerste tot en met vierde leerjaar deed ik Nederlands. Vanaf het vijfde mocht ik nog een tweede taal kiezen. Ik kon kiezen tussen Frans en Engels maar ik heb voor Frans gekozen. We leerden heel simpel Frans zoals 'aller, avoir, un chien'... Ik deed ook heel graag Aardrijkskunde. In het eerste en tweede studiejaar ging dat vooral over je omgeving dus bv. de straten die aan de school gelegen zijn, waar de bakker ligt in het dorp... In het derde en vierde ging dat over de kaart van Limburg. Dus over de provincie, welke provincie grenst met Limburg, temperatuur, Maasland, Maaseik... Tot slot in het vijfde en zesde leerden we over België, reliëf, hoogtes en laagtes, Ardennen, Brabant... In het vijfde en zesde kreeg ik les van mijn tante. Geschiedenis deed ik niet graag want als je zo jong bent dan leer je niet graag over de samenhang van levensomstandigheden enz.


8. Als je stout was, kreeg je dan pijnlijke/fysieke straffen?

Nee, altijd alleen maar straf schrijven omdat ik niet altijd op tijd was. In het eerste, tweede, derde en vierde had ik een hele lieve leerkracht die me niet veel straf gaf. Juf Nelle noemde ze. In het vijfde en zesde had ik mijn tante als leerkracht en zij was een beetje strenger.


9. Was er zoals nu ook een automatische bel die afging als de les begon of gedaan was?

Nee, dat ging er heel anders aan toe. Janneke nam een grote bel vast met haar twee handen en ging daarmee op de speelplaats staan. Op het einde van de schooldag schudde ze er heel hard mee zodat alle leerlingen wisten dat ze naar huis mochten. Je kon de bel zelfs twee straten verder horen. We deden voor we weggingen nog een gebed en verzamelden samen buiten in een hoek op de speelplaats. De Hasseltweg was gevaarlijk dus de juf ging meestal mee om de auto's even tegen te houden voor de leerlingen. Leuk weetje: mijn mama was als leerling niet een van de braafste dus ze had de horloge van de directeur 45 minuten verder gedraaid waardoor de directeur te vroeg met de bel schudde en alle leerlingen vroeger naar huis konden.


10. Had je ook 5 dagen in de week school, en woensdag maar een halve dag?

Nee, wij hadden alleen donderdag een halve dag school en zaterdag maar een halve dag. Alle andere dagen moesten we naar school. Soms hadden we op donderdag een hele dag school maar dan kregen we zaterdag wel een hele dag verlof. Dit hing ook wel van school tot school af.


11. Vond je school belangrijk?

Ja, ik vond school heel belangrijk en ook leuk. Ik heb me op school nooit verveeld.
In het eerste en tweede middelbaar deed ik handel in een school in Willebroek. We waren dus verhuisd naar Willebroek en woonden met een oud koppel samen. We kregen de living en twee slaapkamers. Mijn derde tot en met mijn zesde jaar heb ik humane wetenschappen gedaan in Bokrijk. Dus we zijn van Willebroek terug naar Bokrijk verhuisd. Daar heb ik een ingangsexamen gedaan voor leerkracht en ik was geslaagd. Vanaf mijn 19de ben ik begonnen met les geven. Vanaf mijn 15 jaar heb ik ook al die tijd op internaat gezeten en ik mocht om de drie maanden naar huis.


Conversation experience:

It was so nice to speak with my grandmother. I called her and we talk for 40 minutes. She had a lot to tell me and I was very interested. I think that the students from now are very lucky because in the past you don't have so much freetime. In the past you need to pray, you need to go to the church...
But it was very nice to speak with my grandmother and I like the way who she tells it to me. She was so excited to tell me everything about her.













Reacties

Populaire posts van deze blog